‘De beste wensen voor het nieuwe jaar’, zegt mijn buurman, terwijl hij mij de hand schudt. Ik wens hem hetzelfde toe, want beter dan ‘de beste wensen’ kan natuurlijk niet. Maar intussen zijn we al weer paar dagen in januari. Eigenlijk de saaiste maand van het jaar. Na alle drukte van Sinterklaas, Kerst en Oud en Nieuw zijn de kledingwinkels de enige die nog voor een beetje opwinding proberen te zorgen met hun winteruitverkoop.
Het nieuwe jaar is nog maar een paar dagen oud, maar lijkt al net zo belegen als het vorige. Ebola woekert voort, IS blijft terroriseren en al haalt het de krant niet meer: in Centraal-Afrika wordt nog steeds gevochten. Veel oud nieuws in het nieuwe jaar.
Natuurlijk komen er ook nieuwe dingen: de iPhone7, misschien een initiatief voor vredesbesprekingen in het Midden-Oosten en wie weet een Westelijke rondweg in Nunspeet. Mijn hart gaat er nog niet sneller van kloppen. Deze wereld heeft een veel grotere vernieuwing nodig.
Ik zie het niet meer gebeuren dat mensen zo’n verandering realiseren. Die zijn teveel onderdeel van de problemen van deze wereld. Heel veel grote problemen worden (mee) veroorzaakt door mensen. En heel wat oplossingen brengen nieuwe problemen met zich mee.
De echte vernieuwing moet ergens anders vandaan komen. Met Kerst werd op veel plaatsen gevierd dat God vrede op aarde brengt. Daar lijkt na 2000 jaar nog niet veel van terecht te zijn gekomen. Maar het begin is wel gemaakt. Wereldwijd worden mensen uitgenodigd voor Gods nieuwe wereld, want die komt er aan. Misschien wel dit jaar. Komt er toch echt iets nieuws.
(Ook in de Nunspeet Huis aan Huis van 6-1-2015)