In de tuin hangt een spin. Vannacht heeft ze haar web geweven en dat hangt nu onder de boom. De zon valt precies op haar web. De wind blaast er met vlagen tegenaan. Het beweegt soepel, golvend mee. Onverwoestbaar. De wind doet het schitteren in de zon. Als je goed kijkt zie je dat het allemaal verschillende kleuren heeft. De spin zit onverstoorbaar in het midden.
Het ziet er prachtig uit, maar ik weet dat ze een dodelijk wapen heeft gemaakt voor muggen en vliegjes. Als er een in haar web vliegt zal ze eraan trekken en rukken zoals de wind, maar er steeds vaster in komen te zitten. Als het slachtoffer niet al te veel weerstand meer biedt, zal de spin erheen sluipen en haar verder omwikkelen met spinrag om haar op later leeg te zuigen.
En toch. Het web danst schitterend in de zon en met de wind. Als Gods schepping op een dag vernieuwd is, als de dood er niet meer is, zal er dan geen plaats meer zijn voor spinnen? Of zullen ze hun web nog steeds weven en spelletjes spelen met de muggen en de vliegen?
Het klinkt absurd. Continue reading