Ik mag gratis meedoen met de Vriendenloterij, de Nog Nooit Zo’n Hoge Prijzenpot, de Bingo Miljoenenjacht en hoe ze verder maar mogen heten. Maar ik geloof er niets van. Ik moet waarschijnlijk betalen als ik ‘gratis’ meedoe. Natuurlijk delen ze bij die loterijen geen geld uit. Ze willen juist geld. Mijn geld.
‘Gratis’ is meestal helemaal niet gratis. Het vervelende is dat ik dat vaak ook van mensen denk: als jij mij nu helpt, wil je daar vast iets voor terug. En ik ben niet de enige. Toen ik laatst tegen mijn buurman zei dat ik vond dat we als kerk best iets meer voor anderen buiten de kerk konden doen, vroeg hij gelijk: ‘Wat zit daarachter? Willen jullie zieltjes winnen?’
En inderdaad: hoe vaak hebben christenen geen dingen voor een ander gedaan om er iets voor terug te krijgen? Om er de hemel mee te verdienen of om in een goed blaadje te komen bij de dominee (!) of om ‘zieltjes te winnen’. En buiten de kerk is het niet anders: heel wat mensen doen goed met bijbedoelingen.
Toch is het ontzettend leuk om iets echt gratis te krijgen. Een prachtige zonsopgang. Het fluiten van een merel. Een goed gesprek. Zomaar opeens, gratis en voor niets.
En als je er blij mee bent wordt het ook leuk om zelf uit te delen: een veel te hoge fooi. De boodschappen betalen van iemand die zijn portemonnee is vergeten. Of je tijd geven aan iemand die haar verhaal kwijt moet, terwijl je het hartstikke druk hebt.
Gewoon, gratis en voor niets.
In: Nunspeet Huis aan Huis, 3 februari 2015