Bij de foto van Aylan Kurdi

Het is alsof je slaapt. Alsof je moe van het spelen op de grond bent gaan liggen. Met je mollige armpjes ontspannen langs je lichaam. Je beentjes licht gebogen. Rustig slapend met nog alle vertrouwen in de wereld.

Maar je slaapt niet. En deze wereld is niet te vertrouwen. Want niemand kan je echt meer knuffelen. Niemand zal meer met je spelen.

Is het domme pech? Twee vluchtelingenbootjes die tegen elkaar aanbotsen. Jouw bootje sloeg om en jij verdronk. Is dat alles? Of hadden je vader en je moeder dat risico nooit mogen nemen?

Is het niet vooral de schuld van de soldaten, van IS? Zij lieten jou en je familie angstig op de vlucht slaan. Maar ook de smokkelaars gaan niet vrijuit, die goed verdienden aan jullie wanhoop. En waarom stond er niemand met open armen klaar om jullie te ontvangen? Waarom waren er overal hekken, zodat een wankel bootje de beste oplossing leek?

Voor jou maakt het nu niet meer uit. Al heeft het allemaal bijgedragen aan jouw dood. Voor mij maakt het wel uit. Want ik weet dat er veel meer zijn zoals jij. Misschien niet net zo vertederend. Niet zo goed in beeld gebracht. Maar dagelijks sterven er vluchtelingen in de woestijn, op zee, in vrachtwagens, of zomaar onderweg. En het is geen noodlot dat hen treft. Het zijn gewone mensen, zoals ik,  die er de oorzaak van zijn.

Er was misschien wel niemand die wilde dat je zou sterven. En toch gebeurde het. En helaas, dat was niet alleen maar domme pech.

 

Je gelooft zoals je zingt

‘Als je wilt weten wat een kerk gelooft, let dan op wat en hoe ze er zingen.’ Iets dergelijks las ik onlangs in het kader van mijn P1020199studie. (Voor wie het precies wil weten: in dit boek.)

Het deed me denken aan de kerkdiensten die ik in Zuid-Afrika en Congo bezocht heb. De teksten waren meestal erg eenvoudig en met kleine variaties eindeloos herhaald: ik zal Jezus volgen, als het moet zal ik lopen. Ik zal Jezus volgen, als het moet zal ik kruipen. Ik zal Jezus volgen als het moet zal ik zwemmen, enzovoort. Maar wat opvallend was, was de enorme blijdschap waarmee dat zingen gepaard ging. De mensen om me heen klapten in hun handen, juichten, dansten.

En daarbij klonk het bijna altijd fantastisch. Meerstemmig. Er wordt dan ook veel geoefend. In veel Congolese kerken waar ik kwam was het niet ongewoon om twee of drie keer in de week met de koren van de kerk te oefenen. Koren, meervoud ja. Niet altijd omdat die kerk nu zo groot was, maar vooral omdat bijna iedereen in een koor wilde zitten. Ik bezocht eens met mijn gezin een kerkje in een klein dorpje. Er zaten nog geen veertig mensen in de kerk, maar ze hadden wel een kinderkoor, een koor voor jongeren en een koor voor volwassenen. En het klonk allemaal prachtig.

Wat zou dat gezien de bovenstaande uitspraak zeggen over hun geloof? Continue reading

Pas op voor de dominee!

Met een dominee kun je maar beter niets te maken hebben. Net als met een dokter of een politieagent. Het is goed dat ze er zijn, maar het is beter als je ze niet nodig hebt. Dat is voor een dominee ook zo. Niet alleen omdat hij in gevallen van crisis op bezoek komt, maar vooral ook omdat wat hij te zeggen heeft niet altijd prettig is. Dat komt vaak niet uit.
Vandaag deed mijn collega Albert Hakvoort intrede als predikant van de Christelijke Gereformeerde Kerk in Kampen. Hij preekte over het verhaal van Jezus die op het tempelplein ‘geweld gebruikt’. Hij jaagt de verkopers van dieren op de vlucht en keert de tafels van geldwisselaars om. (Zie in de Bijbel Johannes 2:13-22) .Heel vreemd eigenlijk. Het waren gewoon mensen die dienstverlenend bezig waren in de tempel. Ze verdienden hun geld aan de godsdienst. Maar als dat verkeerd is, is er ook iets mis met kosters en dominees. Continue reading

Geloof en twijfel op een rijtje

‘Jij bent toch die dominee die twijfelt aan het bestaan van God?’ Het wordt me zelden rechtstreeks gevraagd, maar het wordt misschien wel vaker gedacht. En soms hoor ik dat via via. En ik heb het aan mezelf te danken, omdat ik nogal open geweest over mijn geloof en daarmee ook over mijn twijfels en onzekerheden. Niet uit naïviteit overigens. Maar juist omdat ik door mijn eigen twijfels en vragen onder ogen te zien ik weer leerde te geloven. En ik heb gemerkt dat anderen er soms iets aan hebben als ik daarover vertel of schrijf.

Nadeel van de publiciteit is dat er ook snel beelden ontstaan die niet kloppen of onvolledig zijn. Media willen aandacht trekken en dat doe je meestal niet door de nuance. Vandaar dat het CIP boven een interview met mij als kop zette ‘Ik twijfel aan het bestaan van God’. Correct, maar zoals een collega van mij zei ‘het zet je snel op het verkeerde been’. Vervolgens blijken inderdaad nogal wat reaguurders onder het artikel nauwelijks verder gelezen te hebben dan de kop. (Overigens geeft het stuk verder een goede weergave van het gesprek dat ik met Rik Bokkelman had.)

Omdat me soms gevraagd wordt wat ik nu precies bedoel als het gaat gaat over geloof en twijfel een paar verwijzingen naar andere artikelen die ik over dit onderwerp schreef. Continue reading

Gratis?

Ik mag gratis meedoen met de Vriendenloterij, de Nog Nooit Zo’n Hoge Prijzenpot, de Bingo Miljoenenjacht en hoe ze verder maar mogen heten. Maar ik geloof er niets van. Ik moet waarschijnlijk betalen als ik ‘gratis’ meedoe. Natuurlijk delen ze bij die loterijen geen geld uit. Ze willen juist geld. Mijn geld. Continue reading

Niet meer bidden om ‘ons dagelijks brood’

Kan ik het maken om te bidden ‘geef ons vandaag ons brood’ ? Wil God dat gebed nog wel van ons horen als er zoveel smerig onrecht aan mijn eten vastzit?

Ik zit de dienst voor morgen voor te bereiden en dan vooral het gesprek met de tieners na de dienst (normaal werk ik niet op zaterdag, maar er waren deze week iets te veel belangrijke randzaken). Het gaat over ‘geef ons vandaag het brood dat we nodig hebben’. Ik zoek er filmpjes bij om te bekijken en te bespreken. En terwijl ik naar de filmpjes kijk ben ik opnieuw verbijsterd over onze barbarij. Continue reading

Nieuw jaar

new-sign2‘De beste wensen voor het nieuwe jaar’, zegt mijn buurman, terwijl hij mij de hand schudt. Ik wens hem hetzelfde toe, want beter dan ‘de beste wensen’ kan natuurlijk niet. Maar intussen zijn we al weer paar dagen in januari. Eigenlijk de saaiste maand van het jaar. Na alle drukte van Sinterklaas, Kerst en Oud en Nieuw zijn de kledingwinkels de enige die nog voor een beetje opwinding proberen te zorgen met hun winteruitverkoop.

Het nieuwe jaar is nog maar een paar dagen oud, maar lijkt al net zo belegen als het vorige. Ebola woekert voort, IS blijft terroriseren en al haalt het de krant niet meer: in Centraal-Afrika wordt nog steeds gevochten. Veel oud nieuws in het nieuwe jaar.

Natuurlijk komen er ook nieuwe dingen: de iPhone7, misschien een initiatief voor vredesbesprekingen in het Midden-Oosten en wie weet een Westelijke rondweg in Nunspeet. Mijn hart gaat er nog niet sneller van kloppen. Deze wereld heeft een veel grotere vernieuwing nodig.

Ik zie het niet meer gebeuren dat mensen zo’n verandering realiseren. Die zijn teveel onderdeel van de problemen van deze wereld. Heel veel grote problemen worden (mee) veroorzaakt door mensen. En heel wat oplossingen brengen nieuwe problemen met zich mee.

De echte vernieuwing moet ergens anders vandaan komen. Met Kerst werd op veel plaatsen gevierd dat God vrede op aarde brengt. Daar lijkt na 2000 jaar nog niet veel van terecht te zijn gekomen. Maar het begin is wel gemaakt. Wereldwijd worden mensen uitgenodigd voor Gods nieuwe wereld, want die komt er aan. Misschien wel dit jaar. Komt er toch echt iets nieuws.

(Ook in de Nunspeet Huis aan Huis van 6-1-2015)

Preek als TED talk?

ted talkEen paar jaar geleden werd nog met weemoed of enthousiasme – afhankelijk van wie er aan het woord was – beweerd dat monologen, lezingen, laat staan preken niet meer van deze tijd zouden zijn. Ik herinner me dat ik zelf die vraag ook stelde op het eerste preekcollege dat ik eind jaren ’90 volgde. “Is het nog wel zo zinvol om ons te leren preken? Is dat straks niet vreselijk ouderwets en kunnen we niet beter heel andere manieren van communicatie leren?”

Dat laatste is natuurlijk altijd nuttig, maar de toespraak is ‘here to stay’. Kijk maar naar het enorme succes dat Obama met zijn toespraken op Youtube had in zijn verkiezingscampagnes en daarna. Kijk ook naar de enorme populariteit van TED talks. In 20 minuten vertelt een wetenschapper, een kunstenaar of een entertainer je een ‘idea worth sharing’. Ze zijn boeiend, grappig en uitdagend. Iemand noemde ze de moderne preek. Daar valt wel iets voor te zeggen: uit het brede arsenaal van kennis en cultuur wordt een bepaald idee uitgewerkt en vaak ook min of meer toepasbaar gemaakt voor de hoorders.

Als predikant voel ik me erg aangetrokken tot de manier van presenteren van de TED talks. Continue reading

Jezus als schijnwerper of als kaarsje

image2 Ik had ooit een gemeentelid dat het niet zo had op kaarsjes met kerst. ‘Dat Jezus het licht is, dat kun je toch niet met kaarsjes uitbeelden. Dat doen we alleen maar voor de gezelligheid’ zei hij. ‘Als je uit zou willen beelden dat Jezus het licht voor de hele wereld is, dan zou je een schijnwerper in de kerk moeten plaatsen.”

Het was op z’n minst een originele gedachte. Maar ik vind een kaarsje toch ook goed passen met kerst (en inderdaad dat is ook warmer, gezelliger). Tegenover alle duisternis in de wereld stelt God niet een machtig licht dat alle duisternis in een keer laat verdwijnen. Het licht van kerst lijkt meer op het vlammetje van een kaarsje dan op een schijnwerper. Een klein lichtje van hoop in de duisternis. Een lichtje dat gemakkelijk kan uitgaan. Je kunt zomaar de hoop, de moed of het geloof verliezen.

Maar met een kaarslichtje kun je ook iets dat je met een schijnwerper niet zal lukken. Je kunt er weer andere kaarsjes mee aansteken.Als je met een brandend kaarsje begint, kun je er uiteindelijk een heel gebouw mee verlichten. Zondag deden we dat in de kerk in Dronten (zie foto). Het resultaat was beperkt – waxine lichtjes geven minder licht dan ik had verwacht – maar de duisternis werd minder. We konden elkaars gezichten weer zien.

Jezus liet op aarde weinig tastbaars achter: geen indrukwekkend gebouw, geen groots instituut en zelfs geen schijnwerper. Hij liet een groepje mensen achter die zijn licht ook weer door konden geven. Zo groeide het licht in de wereld. Het begon met een vlammetje in een achterafprovincie van het Romeinse rijk. Nu zijn er in elk land van de wereld mensen die aangestoken zijn door het licht van Jezus.

Misschien klinkt dat wat zweverig, maar dat hoeft het niet te zijn. In dezelfde dienst vertelde Johannes Bos iets over zijn werk en hoe in Malawi christenen licht laten schijnen: door de hoop ondanks armoede en verstoting niet op te geven. Bijvoorbeeld door akkers te bebouwen en de opbrengst ook juist met familieleden door wie ze eerder verstoten zijn. Zo eenvoudig kan het zijn.

Under Construction

De laatste tijd heb ik weinig gepost op mijn weblog. Reden was dat ik vond dat het plaatsen van berichten te omslachtig was. Ik probeer nu te starten met een ander format. Dat betekent wel dat er nu even niet zoveel op deze website te vinden is en sommige dingen nog niet goed geordend zijn.