Het koninkrijk is binnen je bereik!

Toespraak over Lucas 17:20-21

Hoe kun je weten of het waar is?

Hoe weet je eigenlijk of het allemaal waar is? Hoe kun je zeker weten dat God bestaat? Dat is een vraag die me lang heeft beziggehouden. Ik heb geloven altijd mooi gevonden: prachtige verhalen over God, beloftes voor de toekomst. Maar hoe weet je of het echt is? Er zijn zoveel mensen die niet geloven. Zou het kunnen dat we in de kerk onszelf een beetje voor de gek houden? Vooral in mijn studententijd en mijn eerste jaren als dominee heb ik daar sterk mee geworsteld.

Ik snap de dus Farizeeën wel. Ze vragen Jezus: dat koninkrijk waar u het steeds over heeft, wanneer kunnen we dat nou zien? Jezus vertelt mooie verhalen, geneest mensen, drijft demonen uit. Maar hoe weet je of het waar is? Wanneer zie je dat het er echt is?

Een logische vraag. Zou je dat niet kunnen checken? De Farizeeën hadden verwachtingen: God zou zichtbaar regeren, vijanden zouden verslagen worden, de Messias zou recht en gerechtigheid brengen, de doden zouden opstaan. Ze wilden bewijs zien. Waar kunnen we dat koninkrijk vinden?

Ontmaskering

Maar is dat eigenlijk wel de echte vraag? Veel vragen lijken objectief, maar zijn dat lang niet altijd. Stel je zit op school en vraagt: “Waarom moet ik dit leren? Hier heb ik later toch niks aan?” Dat kán een eerlijke vraag zijn, maar vaak betekent het gewoon: “Ik heb hier geen zin in.” Of tijdens de coronacrisis: sommige mensen stelden allerlei vragen over de overheid, maar bedoelden eigenlijk: “Ik vertrouw dit niet.” Soms is een vraag niet om te leren, maar om te twijfelen of tegen te werken.

En Jezus? Die gaat nooit alleen maar een theoretische discussie aan. Hij geeft geen abstracte antwoorden. Als iemand iets vraagt, vraagt Hij: “Waar sta jij?” De Farizeeën vragen waar het koninkrijk is, en Jezus zegt: “Het ligt binnen je bereik.” Je hoeft niet te wachten, je kunt nu meedoen.

Dat doet Jezus steeds weer. De leerlingen vragen Hem: “Worden veel of weinig mensen gered?” Een interessante vraag. Maar Jezus draait het om: “Zorg jij dat je erbij bent?” Het gaat niet om percentages, maar om jouw keuze. Of de Samaritaanse vrouw bij de waterput. Ze stelt allerlei theologische vragen: “Waar moeten we God aanbidden? Hier of in de tempel?” Maar Jezus draait het om: “Waar sta jij? Wie ben jij?” Hij raakt haar persoonlijke leven. Niet om haar in verlegenheid te brengen, maar om haar uit te nodigen.

Jezus wil niet alleen antwoorden geven, Hij wil mensen betrekken. Hij zegt niet alleen: “Hier is het koninkrijk,” maar: “Doe mee en je zult het zien.”

Niet aan te wijzen

Maar hoe dan? Waar is dat koninkrijk? Jezus zegt: “Je kunt niet zeggen: ‘Hier is het’ of ‘Daar is het’.” Het is niet te lokaliseren, niet op een kaart aan te wijzen. Maar het is er wel.

Jezus gebruikt beelden. Het koninkrijk is als gist in brood: je ziet het niet, maar het maakt alles anders. Zonder gist blijft het deeg een kleffe massa, maar met gist rijst het en wordt het luchtig. Of als een mosterdzaadje: minuscuul klein, je ziet het niet meer terug in de aarde. Maar uiteindelijk groeit er een enorme plant uit, waar vogels in kunnen nestelen. Je vindt het zaadje niet meer terug, maar de uitwerking is overal.

Zo is het met het koninkrijk van God. Je kunt het niet vastpakken, niet aanwijzen, maar het verandert alles. Het is recht, vrede en vreugde, schrijft Paulus. Geen van die drie kun je concreet vasthouden, maar je ziet het wel in de wereld. Waar recht gedaan wordt, waar vrede groeit, waar mensen vreugde vinden, daar is het koninkrijk.

Doe je mee?

En Jezus nodigt je uit: doe mee. Niet alleen nadenken, niet alleen analyseren. Stap erin. Dan zul je het zien. De belangrijkste vraag is niet: is het er, maar doe je mee?

Het Koninkrijk van God is overal; je kunt het niet aanwijzen, maar het is er. Jezus nodigt iedereen uit, ook de farizeeën: “Doe mee! Het is binnen je bereik.”

Ik had het daar in het kindmoment met de kinderen over. Toen ik zei dat wij allemaal het Koninkrijk van God kunnen binnengaan, zag ik hun ogen oplichten. “Wauw, kunnen we echt gewoon meedoen?” vroegen ze. En ja, dat is precies wat Jezus wil oproepen: je bent welkom.

Maar waarom vinden volwassenen het zo lastig? Jezus zegt dat we het Koninkrijk van God moeten ontvangen als een kind. Kennelijk is het voor kinderen makkelijker om mee te doen; zij voelen aan: “Dit is mooi, dit gaan we doen!” Volwassenen vinden het vaak spannender. Jezus zegt verder: “Wie zijn leven wil behouden, zal het verliezen.” Misschien is dat het probleem. Als je volwassen bent, heb je zoveel te verliezen, zoveel om vast te houden. Jezus daagt ons uit: het Koninkrijk van God betekent dat God Koning is over alles wat we doen, hebben en waar we onze tijd aan besteden.

Dat is best heftig. Kun je dan echt niets meer voor jezelf houden? Soms betekent het dat je leven gewoon doorgaat zoals het altijd ging, maar het kan ook betekenen dat je alles moet opgeven en dat je leven totaal anders wordt dan je had gehoopt. Geloof is een sprong wagen, het Koninkrijk binnengaan betekent alles achterlaten en Jezus volgen, zonder precies te weten wat dat inhoudt. Dat kan in elke situatie anders zijn.

Geloven wordt weleens vergeleken met springen uit een brandend gebouw, waarbij je vertrouwt dat Jezus je opvangt. Soms voelt het alsof je maar blijft vallen. Iemand zei eens: “Soms duurt het wel heel lang voordat God je opvangt.” En ja, Jezus heeft het hierover: er zullen dagen komen waarop je verlangt iets van de Mensenzoon te zien, maar je zult niets zien.

Word je wel opgevangen?

Dan komen de heftige beelden: het zal zijn als in de dagen van Noach, toen de aarde werd overspoeld, of als in de tijd van Lot, toen vuur uit de hemel regende en de stad werd vernietigd. Twee mensen liggen in bed; de een wordt meegenomen, de ander blijft achter. Twee mensen zijn aan het werk; de een wordt weggenomen, de ander blijft.

Jezus verwijst mogelijk naar de vernietiging van Jeruzalem door de Romeinen. Waar het lijk is, verzamelen zich de gieren. Het woord voor “gieren” kan ook “adelaars” betekenen, het symbool van de Romeinse legioenen. Jezus waarschuwt net als de profeet Jeremia destijds: vertrouw niet op de tempel of op de wet, maar leef met God. De tempel zal verwoest worden, net als toen.

De openbaring van de Mensenzoon

In tijden van chaos en vernietiging wordt de Mensenzoon zichtbaar. Dan wordt duidelijk dat Jezus de waarheid sprak en dat zijn Koninkrijk, hoe klein en kwetsbaar het ook leek, uiteindelijk blijft bestaan en groeit. Het Koninkrijk van God is als een mosterdzaadje dat uitgroeit tot een grote boom. In de verwoesting wordt zichtbaar wat echt standhoudt: het koningschap van Jezus.

Het nationalisme dat in die tijd in Israël heerste, wordt verbroken en verdwijnt volledig. Maar wat wel blijft bestaan en steeds groter groeit, is het Koninkrijk van God, dat Jezus al die tijd heeft gepredikt. Wat aanvankelijk klein en kwetsbaar leek, zoals een stukje zuur deeg of een mosterdzaadje, verspreidt zich overal en groeit zichtbaar. Dan wordt de Mensenzoon geopenbaard. Dit begint al bij de dood van Jezus.

Wanneer Jezus sterft aan het kruis, lijkt dat op totale vernietiging. Maar op dat moment staat er een Romeinse officier bij het kruis, die uitroept: “Waarlijk, deze man was een rechtvaardig mens. Hij was een Zoon van God.” Dit is opmerkelijk, want deze Romeinse officier, die wellicht dagelijks executies uitvoerde, merkt dat dit anders is. In de dood van Jezus is leven te vinden. Dit patroon herhaalt zich steeds weer: in het grootste onheil wordt de Mensenzoon geopenbaard.

Een voorbeeld hiervan hoorde ik van een collega tijdens mijn tijd in Congo. In dat land, waar vaak geweld en armoede heersen, vluchtten mensen soms de jungle in om te ontsnappen aan gewelddadige bendes. Een vrouw die wekenlang op de vlucht was geweest, kwam uitgeput en berooid terug, maar ze had één ding bij zich: haar liedboek uit de kerk. Niet iedereen had daar een Bijbel, maar bijna iedereen had een liedboek. Zelfs wanneer alles verloren lijkt, kan het geloof daar bovenuit stijgen. Daarin wordt de Mensenzoon zichtbaar.

Dit is ook waarom mijn werk zo bijzonder en mooi is. Ik mag bij mensen komen op de moeilijkste momenten van hun leven: bij ziekte, pijn en ruzie. Juist dán wordt de Mensenzoon zichtbaar. Vaak hoor ik van mensen die bezoekwerk doen dat zij er zelf meer aan hebben dan degenen die zij bezoeken. Dit komt omdat Jezus zich juist in pijn en moeite openbaart.

Uitnodiging en uitdaging

Jezus zegt tegen de Farizeeën: “Het Koninkrijk van God is binnen je bereik. Doe mee.” Je krijgt geen garantie op papier of een bewijs dat je kunt aanwijzen, maar als je meedoet, ga je het zien. Dit deed me denken aan columnist Stefan Sanders, die besloot te ontdekken hoe het was om naar de kerk te gaan en mee te doen met christenen. Zonder zekerheid begon hij eraan, en na verloop van tijd merkte hij: “Ik ben christen geworden.” Het werd iets van hemzelf. Dit is precies de uitnodiging van Jezus: ga mee en ontdek.

Ook voor mijzelf ging het zo. Ik heb er veel over nagedacht en gelezen. Er zijn geleerde mensen die zeggen dat God bestaat, en evenveel geleerde mensen die het tegendeel beweren. Maar Jezus zegt: “Zoek en je zult vinden. Klop en er zal worden opengedaan. Wie bidt, zal ontvangen.” Dus besloot ik niet alleen te denken, maar het gewoon te doen. En inderdaad, als je zoekt, ga je vinden; als je klopt, wordt er opengedaan; als je bidt, ontvang je – al is het soms anders dan je had verwacht.

Het Koninkrijk van God is binnen je bereik. Maar dit brengt ook risico’s met zich mee. Wie zijn leven wil behouden en denkt: “Ik wil het Koninkrijk wel, maar ik wil ook mijn eigen plannen vasthouden,” zal merken dat dit moeilijk is. Het vraagt om overgave.

Bij het voorbereiden van deze preek heb ik nagedacht over praktische toepassingen. Ik kon er veel bedenken, maar voelde dat dit niet het moment was om er specifiek één uit te lichten. Daarom leg ik deze vraag bij jullie neer: wat betekent dit voor jou? Het Koninkrijk is binnen je bereik, maar stap jij erin? Misschien is dit een beweging die je telkens opnieuw moet maken.

Voor mij betekende dit recentelijk iets heel eenvoudigs, maar belangrijks. Tijdens een wandeltocht, een tijd van bezinning en gebed, realiseerde ik me hoe vaak ik mensen in gedachten veroordeel. Ik probeer natuurlijk een aardige, toegankelijke dominee te zijn, maar toch merkte ik hoe snel ik oordeel over anderen, vooral over mensen die ik niet goed ken. Voor mij betekent het Koninkrijk binnengaan: dat oordeel afleggen. Zeggen: “Heer, help me om niet te oordelen, maar mensen te nemen zoals ze zijn.”

Dat is mijn verhaal. Wat betekent Jezus’ uitnodiging voor jou? Jezus nodigt je uit: het Koninkrijk van God is binnen je bereik. Je kunt nu al meedoen!