C’est l’Afrique! Hoor je ervaren Afrikagangers uit Europa of Amerika nogal eens zeggen als er iets misgaat. In het Engels is er zelfs een afkorting voor: TIA (This is Africa). Ik ben ermee gestopt dat te zeggen, nadat een collega vroeg of ik de uitdrukking ook gebruikte als er iets positiefs Afrikaans gebeurde. Niet dus. Zo’n uitdrukking heeft gemakkelijk een cynische ondertoon. Trouwens na vandaag en gisteren is die opmerking wel voor mij wel weer gerelativeerd. Wat Afrikagangers typisch Afrikaans vinden, blijkt in Europa ook prima te kunnen.
Gisterenavond kwam ik een minuut of tien te laat aan op Brussel Luchthaven. Tot zover geen probleem. Na enige moeite vond ik de busdienst van het hotel. Ik had in mijn reservering gevraagd of ze me rond 22:00 konden ophalen. Ik kreeg geen reactie per mail, zoals beloofd, maar op de bevestiging van mijn reservering die de computer standaard uitdraaide, stond dat de busdienst tot ’s avonds 22:00 was. Ik was dus expres wat eerder vertrokken, zodat ik er zeker voor 22:00 zou zijn. Aangekomen echter bij de busdienst, bleek de bus in het weekend niet meer na 21:00 te vertrekken. Voor de zekerheid belde ik nog even, maar nee, het zat er niet in. Ik moest maar een taxi nemen.
Dat besloot ik te gaan doen. Bij de taxis aangekomen verzekerden verschillende chauffeurs dat er echt nog wel een busdienst moest zijn, en anders een taxidienst op een andere etage. Wat vriendelijk dacht ik nog. Ik heb nog een half uur rondgezworven over het vliegveld maar niets gevonden. Dan toch maar een taxi. Bijzonder weinig taxis bleken echter een creditcard of dollars te accepteren. Uiteindelijk toch een gevonden. De chauffeur was sacherijnig. Hij moest heel lang wachten voor hij aan de beurt was en nu kreeg hij zo’n klein ritje. Nu meende ik ook te begrijpen waarom die andere chauffeurs me verzekerd hadden dat er echt nog wel een bus naar het hotel ging; ze hadden gewoon geen zin om zo’n klein ritje te rijden en daarna weer achteraan aan te sluiten in de rij van taxis.
De volgende ochtend was ik op tijd op de luchthaven. Bij een balie zou ik mijn paspoort met visum op kunnen halen. Maar niemand wist ergens van. Allerlei balies ben ik afgelopen, waarbij er verschillende mensen beweerden dat dit helemaal niet kon in Brussel, ja in Amsterdam misschien. Uiteindelijk bleek dat de organisatie die mijn visum had aangevraagd het naar Amsterdam had gestuurd in plaats van naar Brussel. Morgen zal het op tijd bij de balie liggen, is me beloofd.
TIE, This is Europe? De busdienst in het weekend eerder stoppen dan beloofd, taxichauffeurs die je met een kluitje in het riet sturen, omdat ze geen zin hebben in een kort ritje, mijn paspoort dat in Amsterdam terecht komt in plaats van in Brussel? Nee, natuurlijk niet. Er waren ook mensen die ik op hun vrije dag kon bellen en die achterhaalden waar mijn paspoort was gebleven, iemand anders die vanuit huis mijn ticket wilde omboeken naar morgen en een hotel dat niet moeilijk deed toen ik zojuist anderhalf uur te vroeg aankwam en al naar mijn kamer wilde.
Ik ga zo maar eens even de stad in en zien wat Brussel te bieden heeft. En dan morgen alsnog naar Congo.
Ik ben intussen geweest en heb in elk geval Manneke Pis - vandaag in Barceloa-tenue - bewonderd.
Als predikant van de Kruiskerk in Nunspeet en consultant en trainer bij De Verre Naasten maak ik van alles mee wat mij aan het nadenken zet over het leven, mensen en God. Sommige van die gedachten deel ik op deze site door blogs, artikelen en preken.
COPYRIGHT © 2012 | ALL RIGHTS RESERVED